Behandelingen

Om een verzakking te voorkomen of verminderen is een operatie niet altijd nodig. In sommige gevallen is bekkenfysiotherapie of een pessarium een betere optie.

Met bekkenfysiotherapie leert u met allerlei oefeningen de spieren van de bekkenbodem bewust te gebruiken. Bekkenfysiotherapie kan zinvol zijn in de volgende situaties.

• Bij ongewild verlies van urine en/of ontlasting
• Als u vaak heel nodig moet plassen en/of ontlasten en als dat heel moeilijk tegen te houden is
• Als u heel vaak moet plassen en/of ontlasten
• Als u niet goed kunt uitplassen of moeite heeft uw ontlasting volledig kwijt te raken (het voelt alsof er ontlasting achterblijft in de darmen)
• Bij een verzakking van de blaas, de baarmoeder of de darmen
• Bij pijn in de onderbuik, rond de anus of de geslachtsdelen
• Als u seksuele problemen hebt door te hoge of te lage spierspanning in de bekkenbodem of doordat u uw bekkenbodemspieren niet goed gebruikt (dat weet je vaak zelf niet, maar een arts of bekkenfysiotherapeut kan dat constateren bij het onderzoek)
• Voor en na operaties in de onderbuik
• Als begeleiding, bewustwording, ontspanning en training van de spieren in en rond het bekken tijdens de zwangerschap en rond de bevalling

Is een operatie nodig om uw verzakking te verhelpen, dan zijn er diverse mogelijkheden. Bekijk voor meer informatie de patiëntenfolders: sacrospinale fixatie (deel 1), sacrospinale fixatie (deel 2), midurethale sling, kijkoperatie deel 1, kijkoperatie deel 2.

Samenwerking MUMC+ en Zuyderland
Het Maastricht UMC+ werkt nauw samen met Zuyderland Medisch Centrum op het gebied van incontinentie- en verzakkingsoperaties. Als u een operatie moet ondergaan, vindt deze altijd plaats in Zuyderland Medisch Centrum. Voor het voor- en natraject blijft u in Maastricht, uw hoofdbehandelaar blijft de (uro)gynaecoloog van het Maastricht UMC+.

Na de operatie

Na uw operatie vinden standaard een telefonisch of videoconsult plaats met de verpleegkundige en een afspraak op de poli voor nacontrole met de arts. Ook kunt u na uw operatie een afspraak maken met een bekkenfysiotherapeut voor extra adviezen en oefeningen rondom het herstel na de operatie.

1. Videoconsult / telefonisch consult met verpleegkundige

In de week na uw operatie heeft u een videoconsult met de verpleegkundige. Download hiertoe op uw mobiele telefoon of tablet het programma BeterDichtbij uit de App Store of de Google Play Store. Hebt u geen mobiele telefoon of tablet, of liever een telefonisch consult, dan kan dat natuurlijk ook. Als u ook een afspraak met een bekkenfysiotherapeut hebt gemaakt, vraag dan aan de verpleegkundige om uw operatiegegevens naar deze fysiotherapeut op te sturen zodat deze een behandelplan op maat kan maken.

2. Digitale vragenlijsten

De nacontrole vindt zes weken na de operatie plaats. Een week voor uw afspraak, ontvangt u per e-mail drie digitale vragenlijsten.

• Patiënt Global Impression of Improvement (PGI-I). Deze vragenlijst meet of uw klachten verbeterd zijn.
• Pelvic Floor Distress Inventory (PFDI20). Een twintigtal vragen over eventuele klachten bij ontlasting, verzakking en plassen. Deze vragen laten zien of er een verschil is met de situatie van voor uw operatie.
• Hospital Anxiety and Depression Scale. Deze vragenlijst meet angst- en depressieve klachten en laat zien of er een verschil is met de situatie van voor uw operatie.Na zes maanden en na een, twee, drie, vier en vijf jaar krijgt u de digitale vragenlijsten nogmaals toegestuurd. Heeft u geen internet, of vindt u het lastig vindt om digitale vragenlijsten in te vullen, dan kan dit ook met hulp van een van onze verpleegkundigen op de dag van de nacontrole. Heeft u de vragenlijsten niet ontvangen? Controleer dan de SPAM of map voor ongewenste e-mails. Of neem contact op via de BeterDichtbij app onder vermelding van uw naam, geboortedatum en ‘geen vragenlijst ontvangen’. 

3. Policontrole

Ongeveer zes weken na de operatie hebt u een afspraak bij uw gynaecoloog in het Vrouw, Moeder en Kind Centrum (VMKC) in het MUMC+. Bij dit bezoek bespreekt u het herstel na de operatie en de vragenlijsten.  Ook verricht de gynaecoloog een inwendig onderzoek om te kijken of de genezing goed is verlopen.